Zingen en muziek maken is ontzettend leuk en goed voor de ontwikkeling van je kind. Het stimuleert zijn of haar sociaal-emotionele ontwikkeling, vergroot de creativiteit en bevordert de taalontwikkeling van je kind.
Door het zingen van liedjes en het horen van rijmpjes leert je kind nieuwe woorden. Ook hoort hij of zij hoe zinnen zijn opgebouwd. Bij een rijmpje kan je kind vaak al snel woorden invullen. Het helpt ook om het luister- en concentratievermogen van je kind te verhogen. Bovendien zorgt samen een liedje leren voor een sterke verbinding met elkaar. Bij het zingen en horen van liedjes met muziek vindt door het ritme van muziek meer hersenactiviteit plaats bij je kind wat een positief effect heeft op het ontdekken van patronen. Die vaardigheid speelt een belangrijke rol bij het leren van een taal.
Wat kun jij doen?
Is je kindje 9 maanden of ouder? Dan kun je hem of haar met een trommel mee laten spelen met een kinderliedje. Je kunt ook zelf leuke ritmes spelen en je kleintje op zijn of haar manier mee laten spelen. Door gericht te luisteren naar een ritme leert je kind te focussen op wat hij of zij ‘moet’ en wil horen. Je kind filtert als het ware de achtergrondruis eruit, om zo de relevante informatie uit alle geluiden om zich heen te halen.
Met je dreumes of peuter kun je leuke klapspelletjes spelen, zoals:
- speel drie verschillende muziekfragmenten af (filmmuziek leent zich hier heel goed voor) en klap, stamp of spring bij elk fragment zo goed mogelijk in de maat.
- zeg de woorden ‘pannenkoek, pannenkoek, pannenkoek met stroop’ en klap erbij: je kind kan meeklappen of met een instrument meedoen. Zeg de woorden steeds zachter en zachter, zodat uiteindelijk alleen het klappen of het spelen op instrumenten overblijft.
Bij een oudere peuter kun je plaatjes gebruiken:
- leg verschillende plaatjes op de grond met daarop 1, 2, 3 of 4 stippen/kikkers/vlaggetjes/... Het aantal stippen staat voor het aantal keer klappen/spelen op een instrument. Oefen een paar keer, zodat je weet dat je peuter het heeft begrepen. Leg nu de plaatjes in een bepaalde volgorde; kan je kind de volgorde klappen? Wil hij of zij nu een nieuwe volgorde maken?
Veel plezier!