Ook bij ons op school gaat er veel aandacht en tijd naar het voorlezen en vertellen van verhalen.
De komende weken werken de kleuters over het thema Opa en oma. Het boek Boer Boris gaat naar Oma en Met opa in het donker staat centraal in onze groepen.
In groep 3 leest de juf het boek Jubelientje en oma Blootje voor. Ook daar gaat veel aandacht uit naar lezen en voorlezen maar natuurlijk vooral het leren lezen.
Voor een goede ontwikkeling van de woordenschat bij kinderen is het van belang dat er veel voorgelezen wordt. De kinderen leren er nieuwe woorden bij en hun blik op de wereld om hen heen wordt groter. Ze leren door het voorlezen een andere nieuwe wereld kennen.
We laten de kinderen vaak iets aanwijzen op het plaatje en vragen ook naar de betekenis van de moeilijke woorden. Maar voorlezen is meer dan alleen luisteren. We laten de kinderen ook graag zelf ‘voorlezen.’ Als het verhaal bekend is mogen de kinderen zelf met behulp van de plaatjes het verhaal na vertellen. Op de stoel van de juf is dat reuze spannend. De kinderen leren zo lange en goede zinnen maken.
Wat we ook graag doen is de prenten uit het boek kopiëren en leggen ze dan door elkaar op tafel neer. De kinderen moeten de platen weer in de juiste volgorde zien te leggen. Dit doet een beroep op een geconcentreerde luisterhouding en het geheugen.
Soms laten we de kinderen ook voorspellen hoe het verhaal gaat aflopen. Kijk eens naar het volgende plaatje. Wat denk je dat er gaat gebeuren?
Verder maken we het verhaal natuurlijk zo leuk mogelijk, zodat de kinderen ook met plezier luisteren. We maken het spannend als het verhaal spannend is. We vragen naar de ervaringen van de kinderen als het gaat over iets dat ze misschien zelf ook hebben mee gemaakt.
Het belangrijkste is dat de kinderen plezier beleven aan het voorlezen! Dat ze er echt van kunnen genieten!
En dan natuurlijk komt de stap dat kinderen zelf leren lezen. En eigenlijk is dat één van de belangrijkste dingen die ze in hun leven zullen gaan leren.