Verbeter het automatiseren van rekenen met 10 minuten per dag.

Verbeter het automatiseren van rekenen met 10 minuten per dag

In dit artikel zal ik je uitleggen wat automatiseren is, hoe je kind dit leert op school, waarom automatiseren zo belangrijk is en ik geef je tips hoe je je kind hierbij kunt helpen.

Het woord automatiseren kom je veel tegen op de basisschool, wanneer kinderen bezig zijn met optellen en aftrekken. Het is een woord dat je niet te veel moet verwarren met automatisering.

Ze hebben allebei het woord –auto- in zich, wat vanzelf betekent. Maar dat is dan de enige overeenkomst. Automatisering heeft te maken met ICT en machines. Wikipedia omschrijft het als:

Menselijke arbeid vervangen door machines of computers. Het werk moet nu als vanzelf gaan, zonder dat de mens hier nog aan te pas komt.

Ik wil even doorgaan op het woordje “vanzelf” bij het automatiseren met rekenen. Op de basisschool willen de leerkrachten dat je kind sommen tot 10, en later tot 20 vlot en snel beantwoordt, alsof het vanzelf gaat. Maar eigenlijk bedoelen ze dat je kind goed moet kunnen memoriseren.

Wat is het verschil tussen memoriseren en automatiseren?

Als je kind het antwoord op de som snel en goed weet, zonder dat hij tussenstapjes of materialen nodig heeft, dan heeft hij de opgave gememoriseerd.

Met automatiseren bedoelen we dat je kind ook vlot en goed antwoord kan geven op de som, maar dat hij nog gebruik maakt van een tussenstapje. Het gebruik maken van een tussenstapje gaat zo snel, dat je haast niet merkt dat hij dat doet.

Een som als 3 + 2 = wordt bijvoorbeeld zo uitgerekend: 3+1+1.

Het belang van automatiseren

Automatiseren is de basis voor de rekenontwikkeling van je kind. Het is het fundament waarop verder gebouwd gaat worden.

Automatiseren kun je vergelijken met het hanteren van een muziekinstrument. Als je weet hoe je een muziekinstrument moet gebruiken, dan kun je muziekstukken gaan spelen. Als je kunt automatiseren dan kun je grotere opgaven oplossen en andere sommen, zoals de breuken, gemakkelijker maken. Daarom is automatiseren een instrumentele vaardigheid.

Automatiseren rekenen in de onderbouw

De basis voor het automatiseren wordt in de onderbouw gelegd. In de klas doet je kind allerlei voorbereidende oefeningen. Het is dan prettig als je kind dan goed mee kan komen. Als dit niet zo is, raad ik je aan om zo snel mogelijk extra hulp te geven. Het is namelijk een vergissing om te denken dat het vanzelf wel goed komt als hij eenmaal in groep 3 zit.

Kinderen van vier jaar leer je tot tien tellen.

Kinderen van zes, zeven jaar leren tot honderd tellen.

Automatiseren tot 10

Het automatiseren begint met het leren optellen en aftrekken tot en met tien. In het begin mogen kinderen gebruik maken van materialen, zoals blokjes en hun vingers. Hieronder beschrijf ik de opbouw van het leren rekenen tot tien:

Je kind leert de dubbelen. 1+1=, 2+2= enzovoort.

Ook leert je kind erbij/eraf 1. Bijvoorbeeld 7+1=, 3-1=

Daarna leert hij gebruik maken van deze twee soorten sommen. 4+3= ? Je neemt een dubbele: 3+3= 6 en dan doe er 1 bij.

Het werken met de vijfstructuur. De stippen op de dobbelsteen, een hand.

Alle getallen tot en met 10 splitsen.

Het rekenen tot 10 is de basis van al het rekenen. Je kind leert al snel hoe hij moet splitsen. De splitsingen van 10 zijn de belangrijkste. (7/3, 6/4 enzovoort). De splitsingen van tien worden ook wel de “vriendjes van tien” genoemd.

Deze splitsingen heb je nodig om andere sommen die over een tiental (10-20-30) gaan op te lossen.

Voorbeeld: 57 + 4 =
57 vul je aan tot 60. Dat is plus drie.
Maar je moet er niet drie maar vier bij doen, dus blijft er nog één over. (4-3).
Dan kom je uit op 61. Bij deze manier van rekenen helpt een getallenlijn goed.

57 + 4 = kan ook zo worden uitgerekend:
7 + 4 = 11. Dit heeft je kind inmiddels gememoriseerd.
Daarna 50 erbij en dan kom je uit op 61. Bij deze oplossing maakt je kind gebruik van bestaande kennis.

Je ziet dat er meerdere mogelijkheden zijn om tot een oplossing te kunnen komen. En bij beide voorbeelden merk je dat splitsen en het automatiseren belangrijk is.

Automatiseren tot 20

Je begint met het leren optellen en aftrekken tot tien. Dat is je basis. En als je tot twintig kunt rekenen, kun je alle sommen uitrekenen. Bij het uitrekenen van sommen tot twintig kom je een tweetal extra moeilijkheden tegen:

Je rekent nu met een tiental erbij (14 + 3 =)

Je kan door het tiental heen ( 9 + 4 =)

Deze twee aspecten zijn erg moeilijk voor kinderen, maar vooral de tweede.

Bij de eerste soort sommen zoals 14 + 3 = vormt het tiental een moeilijkheid. Als ze dit onder de knie hebben, kunnen ze proberen ook sommen zoals 34 + 3 = uit te rekenen. Dat dit dezelfde soort som is, vinden velen lastig. Voor kinderen lijkt dit een hele nieuwe opgave.

Als het tiental nóg hoger is, bijvoorbeeld 84 + 3 =, dan lijkt het een bijna onneembare barrière. Kinderen moeten in dit geval begrijpen dat het tiental niet verandert, maar alleen de eenheden.

Bij de tweede soort sommen,  door het tiental rekenen, vinden kinderen moeilijker zo niet het moeilijkst. Dit kun je op verschillende manieren uitrekenen. Ik ga uit van de som 9 + 4 =

Een kind met rekeninzicht rekent de som 9 + 4 = als volgt uit: 10 + 4 – 1 = 13.
Negen ligt dicht bij de tien. Tien plus vier rekent makkelijker.
Je leent er een die haal je er later weer vanaf.

Kinderen die meer moeite hebben gebruiken de rijgstrategie: 9 + 1 + 3 = 13. Hierbij kan de getallenlijn zinvol zijn. Je vult aan tot tien en doet vervolgens de rest erbij. Kinderen die moeite hebben met rekenen, vinden het prettig om deze manier te gebruiken. Ze doen telkens hetzelfde en komen dan altijd uit op het goede antwoord. Als je weinig rekeninzicht hebt, kun je op deze manier toch je som uitrekenen.

Voor de rekenontwikkeling van je kind is het belangrijk dat hij de sommen tot twintig geautomatiseerd heeft. De antwoorden moeten vlot genoemd kunnen worden. In de hogere groepen worden de sommen ingewikkelder en zal hij merken dat het uitrekenen van een som, wat nu het hoofddoel is, een middel is.

Waarom niet te lang blijven tellen?

Als je kind leert rekenen mag hij gebruik maken van materialen. Dat is natuurlijk prettig als je ziet hoe een som wordt opgelost. Op een gegeven moment wordt aangeraden om geen materialen meer te gebruiken, maar alleen je hersenen. Het materiaal belemmert namelijk het rekentempo. Het antwoord wéten werkt veel sneller dan wanneer je bijvoorbeeld blokjes neerlegt, als je die al voor handen hebt. En op je vingers rekenen is handig, maar niet als de sommen boven het getal tien komen.

Wat is de oorzaak van het moeilijk kunnen automatiseren?

Automatiseren is dus de basis voor een goede rekenontwikkeling. Maar wat als je kind maar blijft tellen? Wat als die basis maar niet tot stand wil komen? Wat kunnen de oorzaken zijn?                                                                                                                 Je kind vindt rekenen moeilijk en vindt houvast bij het tellen. Dat is vertrouwd en zo weet hij zeker dat hij het goed doet. Je kind vindt het moeilijk om foutjes te maken, hij heeft faalangst, en zijn vingers geven hem een goed gevoel. Hij heeft er moeite mee om af te stappen van iets dat bekend is. Hij vertrouwt zichzelf nog onvoldoende en heeft zekerheid nodig.                                                                                                              Er zijn ook kinderen die wat later toe zijn aan het leren rekenen. Het rekenproces moet nog op gang komen. En als hij in de rekenfase is gekomen, dan maakt hij vaak een inhaalslag.                                                                                                           Misschien zit je kind niet goed in zijn vel. Zijn er problemen? Was er bijvoorbeeld een echtscheiding? Dit gaat in eerste instantie ten koste van de rekenontwikkeling.            Ook als je kind ziek is, komt het rekenproces maar moeizaam op gang.                        Het onderwijs heeft ook invloed op het automatiseringsproces van je kind.

Wat kun je als ouder aan het automatiseren van de sommen?

Je kind moet eerst de rekenvoorwaarden kennen. Het gaat om getalbegrip, tellen, rekentaal en cijfers herkennen. Als je kind dit beheerst dan is oefenen, oefenen en nogmaals oefenen de beste remedie. Laat je kind zo veel mogelijk sommen oplossen. Zogenaamde rekenkilometers maken. Het oefenen kan op vele manieren. Er zijn vele apps voor automatiseren verkrijgbaar. En rekenprogramma’s op de computer.

Als je samen in een ontspannen sfeer oefent (voor tips hierover zie het e-book ‘oefenen zonder stress‘), leert je kind beter. Tien minuten per dag is prima. Je zult zien dat dit echt zijn vruchten gaat afwerpen.

Succes!

Petra Fränzel 

Bron: Wijzeroverdebasisschool.nl

foto rekenen foto rekenen